De toezichthouder schrijft de stijging toe aan herwaarderingen in de vorm van stijgende obligatiekoersen en aan positieve wisselkoerseffecten waardoor onder meer de dollarportefeuille fors meer waard werd.
De toename deed zich vooral voor bij Nederlandse pensioenfondsen. Hun in het buitenland uitgezet geld steeg met 5 procent tot 37 miljard euro. Verzekeraars waren goed voor een toename met 2,9 procent tot 5 miljard en banken tekenden voor een plus van 0,4 procent tot 4 miljard euro.