Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Nieuwe modetalenten komen eraan

G-Star en Gsus zijn inmiddels gevestigde namen De nieuwe succesnummers? Geisha Jeans, LaDress en Chick on a Mission

LaDress
Wie Simone van Trojen (36)
Wat tijdloos jurkje in verschillende varianten
Verkoop alleen via internet
Opmerkelijk wie niet tevreden is, kan het jurkje kosteloos terugsturen.
Jaaromzet nog niet bekend, is gestart in september 2006

Voor LaDress, het modelabel van Simone van Trojen (36), bestaan geen grenzen. Of een jurk nu naar Haarlem of Maastricht gestuurd moet worden, of naar Duitsland of Amerika, het maakt voor Van Trojen niets uit. Van Trojen bestiert haar internetwinkel vanuit haar woning in Amsterdam. In haar werkkamer hangen op een prikbord krantenknipsel en artikelen uit tijdschriften over LaDress, met daartussen een aantal e-mails van klanten. ‘Het jurkje doet wonderen voor mijn zelfvertrouwen’, leest Van Trojen voor. Ook op haar website prijzen tevreden klanten LaDress als een geschenk uit de hemel. Van Trojen is toch wel verrast dat haar jurkje zoveel andere vrouwen aanspreekt. “Mode is zo subjectief, je kunt nooit zeker weten of iets aanslaat.”
Er staan in de werkkamer nog twee rekken met een aantal jurken, de rest van de collectie is nagenoeg uitverkocht. Een mooie prestatie voor iemand voor wie tot voor kort de modewereld volledig onbekend terrein was. Van Trojen wordt dan ook gezien als een entrepreneur met een grote toekomst. Ze begon ooit als juriste, werkte in de commercie bij Endemol, begon in 1999 met een zakencompagnon Tickotel (later Ciderhouse), een bedrijf in software voor de reisbranche, en besloot een jaar geleden op een strand in Griekenland dat ze iets anders wilde. “Het was heel interessant om een bedrijf op te zetten, maar ik had bij Ciderhouse niet echt affiniteit met het product. Ik miste de inhoudelijke passie en ik wilde mijn werk beter kunnen combineren met mijn privéleven, met mijn twee kinderen.” Een internetwinkel in jurkjes: het is geen wonder dat Van Trojen het bedacht heeft. “Ik ben altijd werkzaam geweest in het bedrijfsleven, moest er altijd representatief uitzien. Ik ben gek op jurken en zocht een tijdloos model, in verschillende varianten. Een jurk waarvan je er een paar in de kast hebt hangen en dan ben je gewoon klaar. Een model dat iedere vrouw mooier maakt en dat via internet te verkopen is.”

Van Trojen gelooft heilig in internet als verkoopkanaal. “Sommigen vinden internet afstandelijk, maar eigenlijk brengt het de klanten juist dichtbij. We bellen of mailen altijd even na de verkoop om te horen of ze tevreden zijn. Ik wil namelijk dat LaDress gedragen wordt, niet dat het ergens in de kast blijft hangen.” Van Trojen wil haar jurken niet in winkels verkopen. Een belangrijke reden is het zo het zo laag mogelijk houden van de prijs, de jurkjes kosten nu tussen de 225 en 625 euro.”Het past ook niet binnen het concept van LaDress. Het is een internetwinkel en ik wil vast blijven houden aan die visie.” En internet maakt het mogelijk om alles zelf te doen. Het atelier maakt een voorraad jurken in verschillende maten, klanten krijgen op de website uitgelegd hoe ze hun maat kunnen bepalen en hoe ze per model de jurk het beste kunnen dragen. Van Trojen handelt vanuit haar kantoor aan huis de bestellingen af, verpakt de jurken in een luxe doos en verstuurt ze naar haar klanten. Wie niet tevreden is, kan het jurkje ruilen of geld terug krijgen. Ook kan het jurkje kosteloos ingenomen of uitgelegd worden. Van Trojen: “Ik kan alles organiseren vanaf één locatie. En de wereld is bereikbaar.“
Van Trojen werd geïnspireerd door de Britse webwinkel Net-a-porter.com. Ze wilde LaDress een gezicht geven en liet door een vriendin tekeningen maken van een Brigitte Bardot-achtige dame in Van Trojens ‘perfecte jurkje’. Er werd een patroontekenaar gevonden en samen met haar werkte Van Trojen het ontwerp uit. In België vond ze het atelier dat voldeed aan haar hoge eisen. Het eerste halfjaar kenmerkte zich door netwerken: veel praten met mensen die in de mode werkzaam zijn. “De meeste mensen die al jaren in het vak zitten, vinden het leuk om betrokken te worden bij iets nieuws.”
Of er ook daadwerkelijk een markt voor LaDress was, bleef nog lang de vraag. “Ik heb wat dat betreft vooral mijn eigen gevoel gevolgd, mezelf als ijkpunt genomen en gehoopt dat ik daarmee aansluiting zou vinden bij andere vrouwen. Maar bij de lancering van de website stelde ik me wel even voor hoe het zou zijn als alleen een paar vriendinnen een jurk zouden bestellen en de boel dan stil zou vallen. Daarom was ik ook heel blij toen ik de eerste voor mij onbekende klant kreeg.”
In het begin moest LaDress het vooral van mond-tot-mond reclame hebben, maar inmiddels hebben pers en stylisten ‘de perfecte jurk’ ook ontdekt. Modetijdschriften prijzen de veelzijdigheid van het ontwerp en BNers als Claudia de Breij en Lieke van Lexmond worden regelmatig in een LaDress gespot. Om dit te bereiken bleek een goed PR-bureau onmisbaar. “Ik wilde het eerst allemaal zelf doen, maar in de modebranche blijkt het heel normaal om daar een bureau voor in te huren. Zo’n bureau kent de branche, helpt me met de strategie en weten naar wie ze de persberichten moeten versturen. In dit project, verkopen via internet, is PR echt van wezenlijk belang.”

Chick on a Mission
Wie Danny Mock (38)
Wat designerlabel met tassen, accessoires en kleding
Toekomst hebben al vijftig buitenlandse verkooppunten en willen internationaal groeien
Jaaromzet 1,6 miljoen euro

Chick on a Mission zit midden in een verhuizing. Het galmt in het nog lege gebouw aan de Generatorstraat in Amsterdam. Het modebedrijf schuift een paar ruimtes op: het tijdelijke huurcontract wordt verruild voor een vaste overeenkomst. Mede-eigenaar en managing director Danny Mock durft de vastigheid aan, want het gaat goed met Chick on a Mission. Het label startte in 2000, niet bepaald de meest gunstige periode om een onderneming te beginnen in luxe artikelen als modieuze tassen. Mock (38) ziet het anders: júist omdat het allemaal wat minder ging, werden de tassen goed verkocht. “Mensen willen dan juist laten zien dat het toch goed met ze gaat. Ze kopen dan eerder dure accessoires dan een dure broek. Ook al draag je basic kleren, zo’n tas straalt dan toch luxe uit. Zo van: kijk eens waar ik mee loop.”
Handgemaakte tassen en accessoires, die alleen te koop zijn in de duurdere modezaken: Chick on a Mission wil een kwalitatief hoogstaand merk zijn, eigenzinnig en stoer. Aan kwaliteit hangt ook een prijskaartje, een gemiddelde tas kost zo’n 200 euro. De producten worden ontworpen en gemaakt op Bali, waar ontwerpster Patricia Bos (36) het grootste deel van het jaar woont en werkt. Bali is zeker niet de goedkoopste plek om tassen en modeaccessoires te produceren, erkent Mock. “Maar daar hebben ze wel de ambachten en materialen die nodig zijn om onze producten te produceren. Als we die in China zouden laten maken, zou alles machinaal gedaan worden.”
Mock is erg kritisch bij de selectie van verkooppunten. Het designerlabel wordt alleen verkocht in winkels in het hogere segment. De eerste verkooppunten vond Mock door met de een kleine collectie het hele land af te reizen, op zoek naar winkels waar het merk niet zou misstaan. “Daar vertelde ik ons verhaal, over een creatief meisje uit de theaterwereld dat tassen ontwerpt.” Mock en Bos kenden elkaar van vroeger, uit Den Haag. Bos was opgeleid aan de Hogeschool voor de Kunsten en werkte als styliste. Mock werkte in de kledinggroothandel van zijn familie, waar hij alle facetten binnen de modebranche doorlopen, van distributie tot inkoop. Het bedrijf ging failliet en Mock ging op zoek naar een nieuwe uitdaging. “Ik wilde iets anders. Toen kwam ik Patricia weer tegen. Ze had een tas ontworpen, heel stoer, met een flap van geitenbont. Ik vond het een uniek product en had vertrouwen dat het zou verkopen.”

Bos ontwierp een kleine collectie en dankzij de connecties van Mock kregen ze een plek op de Modefabriek, een grote modebeurs in Amsterdam. De opvallende ontwerpen sloegen aan, na de beurs bleken Mock en Bos voor bijna 32.000 euro aan orders te hebben staan. Alleen hadden ze nog geen voorraad om uit te leveren. De bank was niet al te happig om een lening te verstrekken, ondanks de mooie orderportefeuille. “Toen ze zagen hoe enthousiast en bedreven wij waren, waren ze uiteindelijk toch bereid om ons 11.000 euro te lenen. Onze familie vond dat als de bank er vertrouwen in had, zij dat ook konden hebben en van hen konden we hetzelfde bedrag tegen een lagere rente lenen. Binnen vier maanden konden we ze terugbetalen.”
De eigenzinnige stijl van Chick on a Mission zorgden al snel voor bekendheid van het modelabel. “Omdat het hele aparte producten zijn, pikten stylisten en de pers het snel op. En de eerste drie jaar bezochten we constant consumentenbeurzen, festivals, wat we maar konden bedenken om onszelf te profileren.” Dat de tassen inmiddels door een groot aantal bekende Nederlanders worden gebruikt – Katja Schuurman en Bridget Maasland werden al gezien met accessoires van Chick on a Mission en Martijn Krabbé gebruikte de computertas als luiertas – heeft er ook aan bijgedragen dat ook het grote publiek het opvallende ontwerp snel leerde kennen.
Nu verkoopt Chick on a Mission zo’n 40.000 producten per jaar, vooral tassen, maar ook riemen en portefeuilles en kleding, en heeft het zo’n 150 verkooppunten in Nederland. Vorig jaar had het bedrijf een omzet van 1,6 miljoen euro, 14 procent meer dan het jaar ervoor. In het buitenland is het lastiger om voet aan de grond te krijgen, zegt Mock. “Nederlanders staan altijd wel open voor iets nieuws. Hier worden nieuwe ontwerpen veel sneller opgepikt, terwijl Fransen en Italianen meer behoudend zijn. Daar moet je eerst een paar jaar achter elkaar je gezicht hebben laten zien op beurzen willen ze je oppikken.” Er zijn inmiddels vijftig verkooppunten in het buitenland, maar dat moeten er veel meer worden. Chick on a Mission wil als klein bedrijf doorbreken tussen de groten. “Louis Vuitton heeft tachtig jaar geschiedenis, wij komen pas net kijken.”

Geisha Jeans
Wie Mark Jessurun (44)
Wat trendy vrouwen- en meisjeskleding met luxe uitstraling, maar tegen scherpe prijs
Jaaromzet 9 miljoen euro (2006), 12 miljoen (verwacht in 2007)

Wie kleren van Geisha Jeans koopt, moet het gevoel hebben een mazzeltje te hebben gehad. Dat is de filosofie van eigenaar Mark Jessurun. Geisha Jeans wil niet te duur zijn, maar wordt wel verkocht in de duurdere kledingzaken. “Kleding met luxe uitstraling tegen commerciële prijzen. Het startmerk in de duurdere zaken”, omschrijft Jessurun zelf het segment waarin Geisha Jeans zich bevindt. Inmiddels richt het modelabel zich niet alleen op de vrouw, maar ook op de meisjesmode. “Ik stond vorig jaar met mijn dochter in een kledingzaak bij de kassa om een zomerbroek af te rekenen. De prijs was 120 euro, voor een broek waarvan ik weet dat het zes of zeven euro kost om hem te maken. Een broek voor een meisje van vier. Ik dacht: dat doe ik gewoon niet, en heb ‘m weer netjes teruggehangen.” De collectie van Geisha Jeans voor meisjes hing een jaar later in de winkels.
In de showroom van Geisha Jeans in Amsterdam hangt de wintercollectie voor 2007 al in de rekken. In het magazijn staan dozen met de zomercollectie, klaar om verzonden te worden naar de verschillende verkooppunten. Jessurun (44) laat een rek met meisjeskleding zien. “Meisjes willen niet als een halve baby aangekleed worden”, weet hij. De kinderkleding van Geisha Jeans is daarom stoer: spijkerbroeken met grote zakken en T-shirts met glitterende opschriften.

Jessurun heeft een goede neus voor wat zijn klanten willen. Als eigenaar van een kledingoutlet in Beverwijk zag hij dat kleding vaak niet voldeed aan de Nederlandse vrouwenmaten. Spijkerbroeken waren te laag of te petieterig. In het verleden reisde hij voor een grootwinkelbedrijf vaak naar het Verre Oosten. Dat wilde hij opnieuw, maar nu voor een eigen label met trendy kleding die wel voldeed aan de Nederlandse maten en die betaalbaar zou zijn. “Met een Hollandse pasvorm, zonder dat het een hobbezak wordt”, omschrijft hij zelf. Hij ging op de bonnefooi naar China en liet zeshonderd spijkerbroeken maken die hij, terug in Nederland, meegaf aan een agent. Die had er binnen een week 48 klanten voor. Nu heeft Geisha Jeans zo’n 750 verkooppunten. De collectie bestaat al lang niet meer alleen uit spijkerbroeken, maar is uitgebreid met jurkjes, rokjes, shirts en jassen, in totaal zo’n 180 modellen. Hoe de nieuwe collectie eruit ziet, bepaalt Jessurun zelf. “Ik zie dingen in tijdschriften of op tv die ik mooi vind, zoek daar bepaalde stoffen bij, bepaal de kleuren en zet dan op papier hoe ik het wil hebben. Ik doe wat ik denk dat leuk is en dat past binnen het verhaal van Geisha Jeans.”
De kleding wordt gemaakt in China. Het is voor Jessurun van belang dat het voor een grote groep vrouwen betaalbaar blijft. “Duurdere kledingzaken voelen de concurrentie van buitenlandse winkelketens als Zara en H&M, die goede én goedkope modieuze, trendy kleren verkopen. In die duurdere winkels vul ik de onderkant in. Een broek van 49 euro blijkt ineens net zo goed te zitten als een broek van 200 euro.”
Goedkoop en toch net zo leuk: het is een gat in de markt gebleken. Geisha Jeans vaart er wel bij, van de wintercollectie voor 2007 is met zo’n 800.000 stuks toch weer meer verkocht dan het jaar daarvoor. “Mijn boekhouder zei laatst: wat jij meemaakt, gebeurt misschien bij één op de honderd.” De enige manier om nog groter te worden, is het buitenland. Jessurun is bezig met een marktverkenning in België, Frankrijk, Spanje, Oostenrijk en Engeland. “Ik weet nog niet welke kant het op gaat”, zegt hij. “Als het niet aanslaat, gaan we gewoon verder zoals we dat nu doen, in Nederland. Dan heb ik nog steeds een prima bedrijf.”

Gevestigde modenamen
• Mexx is met 10.000 verkooppunten in 66 landen het bekendste modelabel uit Nederland. Opgericht door Rattan Chadha, die vanuit India in 1970 naar Nederland kwam voor een vakantie en hier Indiase kleding probeerde te verkopen.
• Gsus werd gestart door twee kledingontwerpers en hun zakenpartner die bij hun opdrachtgevers niet hun creativiteit kwijt konden. Het merk begon in 1993 met een winkel in Arnhem en heeft inmiddels dertien eigen winkels en is verkrijgbaar bij zo’n 1.400 verkooppunten in 28 landen.
• G-star zorgde halverwege de jaren negentig voor een revival van de spijkerbroek door te komen met een nieuw ontwerp, de Elwood. De broek met kniestukken werd wereldwijd een succes. Nu heeft G-star 4.600 verkooppunten in 45 landen.