Geen producten in de winkelwagen.
De eerste betaalstandaard van de Single Euro Payments Area (SEPA) wordt al over drie maanden gelanceerd, maar de SEPA-kennis bij Nederlandse bedrijven is nihil: 92 procent van de bedrijven heeft nog geen strategie rond de SEPA-invoering. Dat zeggen honderd CTO’s en financiële managers die door Atos en Deloitte werden ondervraagd.
Ook zegt 63 procent voorlopig niet van plan te zijn een SEPA-oplossing te implementeren. De helft weet niet wat hun organisaties aan investeringen nodig hebben voor SEPA en wat het betaalsysteem hen kan opleveren. SEPA roept dus vooral vraagtekens op bij Nederlandse ondernemers.
Gebrekkige communicatie
Dat SEPA zo onbekend is in Nederland komt door ‘gebrekkige communicatie tussen banken en hun klanten’, schrijven Atos en Deloitte. Driekwart van de bedrijven is niet door hun bank benaderd over SEPA. Dertien procent heeft zélf vragen aan hun bank gesteld.
Meer dan de helft van de ondervraagden vindt het de plicht van banken om SEPA-oplossingen aan te bieden.
Kosten
De Single Euro Payments Area wordt de komende jaren ingevoerd op initiatief van de Europese Commissie. Het moet leiden tot één betaalzone met meer transparantie en concurrentie, waardoor het internationale betalingsverkeer uiteindelijk goedkoper kan worden. Eurocommissaris Charlie McCreevy schatte de kostenbesparing op 50 tot 100 miljard euro op jaarbasis.
De Europese standaard voor de elektronische overboeking, de SEPA Credit Transfer (SCT), wordt al op 28 januari van kracht. In 2009 gaat ook de SEPA-variant van de incasso, de SEPA Direct Debit (SDD) van start. De meeste bedrijven zijn pas van plan begin 2009 te startten met het gebruik van SCT en medio 2009 met SDD. Ze verwachten dat hun banken pas in de tweede helft van 2010 stoppen met het aanbieden van de nationale betaalproducten zoals PIN.
Het Platform Detailhandel Nederland (PDN) klaagde eerder dit jaar al dat de SEPA hen veel geld gaat kosten omdat de oude pin-systemen verdwijnen en vervangen moeten worden door nieuwe apparatuur. PDN schat dat de kosten voor pinnen drie keer zo hoog zullen worden. De Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) was het daar niet mee eens en stelde dat pinnen in Nederland niet veel duurder zal worden. Volgens de NVB droeg PDN met de opmerkingen ‘niet bij aan positieve beeldvorming van SEPA’.
Banken
Minister van Financiën Wouter Bos kan helpen de kostenstijgingen in het betalingsverkeer door SEPA zo veel mogelijk te beperken, vinden de banken. Zo kan hij de 19 procent btw die de Belastingdienst rekent over het uitbesteden van betaalactiviteiten afschaffen. Dat voorstel deden Gijs Boudewijn en Simon Lelieveldt van de Nederlandse Vereniging van Banken eind vorige week in een ingezonden stuk in het Financieele Dagblad.
In andere landen zijn banken, volgens Boudewijn en Lelieveldt, wel van btw vrijgesteld. ‘Nederland prijst zichzelf uit de markt en laat de kosten onnodig oplopen.’ Ook moet Bos er volgens de NVB voor zorgen dat Nederland geen extra regels invoert bovenop de Europese Richtlijn Betalingsverkeerdiensten die in november 2009 van kracht wordt. Volgens Boudewijn en Lelieveldt moet de minister ‘afzien van poespas bij het overbrengen van de Europese richtlijn naar Nederlandse wetsteksten’.
Op de nieuwe betaalpassen die de oude pin-passen vervangen komt overigens een nieuwe chip die de huidige magneetstrip vervangt. Twee van de PIN-opvolgers zijn een pas van creditcardbedrijf Mastercard (Maestro) en van rivaal Visa (V Pay). Zij zullen een percentage van het aankoopbedrag in rekening brengen.
Auteur: Tonie van Ringelestijn
