Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Waarom tijdens Uprise Festival het publiek de baas is

Geen conferentiefabriek met duizenden bezoekers die luisteren naar voortkabbelende paneldiscussies, maar een interactieve ervaring met dynamische pitch battles en levendige discussies. Dat belooft oprichter Paul O'Connell van Uprise Festival, dat 20 april losbarst in Amsterdam.

Uprise Festival is vooral bedoeld om jonge, groeiende bedrijven te koppelen aan mensen, kapitaal en aan andere bedrijven, zegt festivaldirecteur O’Connell. “Iedereen die iets met startups te maken heeft móet hierbij zijn”, zegt hij. Maar Uprise is er wat hem betreft ook voor mensen die iets hebben meegekregen van de storvloed aan startupnieuws en ook wel zouden willen werken bij zo’n jonge onderneming. 

Uprise Festival ontstond 3 jaar geleden als een spin-off van Dutch Startup Jobs, een ander initiatief van de in Nederland neergestreken Ier Paul O’Connell. Op die online vacaturebank voor startups staan nu gemiddeld 60 vacatures waarop gemiddeld 10 (geschikte) reacties binnenkomen.

Universiteiten

Vergelijkbaar met Dutch Startup Jobs kreeg Uprise Festival – Sprout is (media)partner – vorm toen universiteiten O’Connell begonnen te vragen naar waar hun studenten terechtkonden als zij bij startups aan de slag zouden willen. Tegelijk zijn een hoop startups op zoek naar pas afgestudeerden, “maar er was geen plek waar zij elkaar konden ontmoeten”, zegt O’Connell. En dat terwijl alleen al Amsterdam wordt bevolkt door zo’n 600 startups. 

Draaide de eerste editie van het festival in 2014 nog grotendeels om recruitement, inmiddels is het startupfestijn uitgedijd tot een tweedaagse happening met workshops, panels en een marktplaats voor startups.


Oude vs nieuwe industrie (Uprise Festival 2015)

Dat klinkt inderdaad net zoals techconferenties zoals The Next Web of Web Summit, maar Uprise streeft bewust naar een kleinere schaal, zegt O’Connell. Hij verwacht zo’n 5000 bezoekers (verdeeld over twee dagen), waar TNW en Web Summit makkelijk het vijfvoudige over de vloer krijgen.

Probeer dan maar eens op te vallen, merkt de festivaldirecteur op. “En het is een nachtmerrie om te organiseren. We hebben liever iets minder mensen en een relaxte sfeer.”

Betrokken

Relaxt of niet, O’Connell wil zijn bezoekers echt betrekken bij de actie, “en er is niemand die dat zo doet zoals wij”. Hij wijst op de producten die ter plekke worden verkocht en de vele signups die startups vorig jaar kregen van mensen die aangeven dat ze een product willen testen.

Het is de ‘Lean Strategy’, maar dan andersom, zegt o’Connell. “Mensen komen hier naar jou toe. Sommige startups klaagden vorig jaar dat ze geen tijd hadden om te eten, dat vond ik persoonlijk wel een mooie klacht.”

Van de startups die vorig jaar een nieuwe medewerker zochten slaagde 40 procent in die missie. O’Connell noemt de ticketprijs van (vanaf 57 euro) “ongelofelijk veel waarde, al ben ik natuurlijk bevooroordeeld”.


Paul O’Connell

Pitches

Uprise geeft ook zijn eigen draai aan de gangbare pitchronde. Geeft daarbij meestal een expertjury de doorslag, bij Uprise kiest het publiek zijn favoriet, met behulp van rode en groene stembiljetten. “Dat is sneller en zorgt voor meer betrokkenheid”, zegt O’Connell. “Het publiek gebruikt het product, dus die moeten beoordelen of ze het daadwerkelijk zouden gebruiken.” 

Afgelopen jaar werd zo de bij de corporate sponsors favoriete startup in de eerste ronde weggestemd door het publiek. Er is een reden waarom het Uprise Festival heet, wil O’Connell maar zeggen.

Uprise Festival
Power to the people

Discussie

Ook de panels zijn volgens hem interactiever dan gebruikelijk, en ingericht op discussies, in plaats van mensen die het vooral met elkaar eens zijn. “Zorg dat er twee kanten van het verhaal aanwezig zijn, regel een goede moderator, bereid fundamentele vagen voor en zorg altijd voor minimaal 1 iemand die het panel ontregelt”, licht O’Connell zijn strategie toe. Dat zorgt volgens hem voor levendige discussies. “Er wordt niet tegen het publiek gepraat, maar mét.”

Sponsors zoals Microsoft, Facebook, Google en Paypall helpen het festival niet alleen financieel maar delen ook kennis, zegt o’Connell. Daarnaast vaardigen ook de nodige investeerders een delegatie af: Endeit Capital, Peak Capital, Newion Investments, Keadyn en Mainport Innovation Fund geven clinics en leren startups onder meer hoe zijn hun term sheet beter kunnen maken. En zij helpen bij het promoten van Nederlandse startups in het buitenland, zegt O’Connell.

Dagelijks de nieuwsbrief van Startups & Scaleups ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Dublin

Over buitenland gesproken: Uprise Festival strijkt later dit neer in Dublin voor de eerste buitenlandse editie. Dat neemt niet weg dat de Nederlandse editie ook internationaal is, met bezoekers uit zo’n 24 landen, zegt O’Connell na een blik op de bezoekerslijst. “We hebben zelfs een groepje mensen uit Moskou.”

Waarom zouden mensen eigenlijk bij een startup willen werken? O’Connell: “Omdat je je passie kan nastreven. Bij grote bedrijven volg je vooral het geld. Je wilt aan het einde van je leven toch liever terugkijken op wat je hebt bereikt? Met een startup kun je echt iets nieuws neerzetten.”