Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Kemphanen coderen bekendste zoekbalk

Google boekte in 2010 een astronomische omzet van 22 miljard euro. Twee it-nerds hebben het te danken aan hun idee om internetpagina's te indexeren op basis van hun onderlinge relatie, zonder opdringerige banners.

 

Wie zijn de oprichters?

Er wordt vaak geroepen dat zakenpartners onmiddelijk een klik moeten voelen, wil de samenwerking een succes worden. De eerste ontmoeting tussen Larry Page en Sergey Brin laat zien dat die regel niet altijd opgaat. Sterker nog, wie in 1995 voorspeld zou hebben dat de Amerikaan Page en de Rus Brin ooit met elkaar een bedrijf zouden starten, werd zonder twijfel voor gek verklaard. De twee onmoeten elkaar dat jaar voor het eerst op de campus van Stanford University. Van liefde op het eerste gezicht is nou niet echt sprake. Eigenlijk zijn ze het op geen enkel vlak met elkaar eens. Brin vindt Page maar een verwaande student en andersom is er evenmin sprake van veel waardering. Toch verandert dat beeld gaandeweg. De studenten beginnen met het uitwisselen van ideeën over de mogelijkheden van informatica. In die brainstormsessies speelt vooral het nieuwe internet een grote rol. Zo bloeit de liefde beetje bij beetje op en gaat het tweetal zelfs gezamenlijk aan de slag met een onderzoeksproject.

Op dat moment zijn het zoekmachines als Yahoo! en AltaVista die de markt domineren. Ze baseren hun resultaten op het aantal keer dat de zoekterm op een website wordt genoemd. Die methode blijkt in de praktijk niet altijd even betrouwbaar. Page en Brin bedenken daarom een nieuwe opzet om internetpagina’s te doorzoeken en te indexeren. Hun PageRank kijkt vooral naar de relatie tussen websites onderling. Elke keer dat een link voorkomt op een andere site, telt als een stem voor die pagina. Bij veel stemmen komt de site hoger in het rijtje van zoekresultaten. Als de link voorkomt op een website die vaak wordt bezocht, dan weegt de stem bovendien extra zwaar.

Page en Brin proberen hun techniek aanvankelijk te slijten aan andere zoekmachines, maar die hebben geen interesse. De twee besluiten om er dan maar zelf mee aan de slag te gaan. Ze noemen hun zoekmachine BackRub, een naam die later wordt gewijzigd in Google. Een knipoog naar het woord googol, wat staat voor het cijfer 1 gevolg door honderd nullen. De website draait dan nog als google. Standford.edu onder de extensie van de universiteit. Op 15 september 1997 laat het tweetal google.com vastleggen.

Hoe heeft het de markt veroverd?

Om te kunnen groeien hebben Page en Brin financiering nodig. Een presentatie van dertig minuten blijkt genoeg om Andy Bechtolsheim over de streep te krijgen, oprichter van Sun Microsystems. Hij schrijft meteen een cheque uit van 100.000 dollar. Daarmee wordt ook de interesse van andere investeerders aangewakkerd, want in korte tijd is het potje met startkapitaal gegroeid naar 25 miljoen dollar.

Bechtolsheim had het goed gezien. Zonder uitgekiend marketingplan of dure reclamecampagnes vergaart Google rond het jaar 2000 steeds meer marktaandeel. De gebruikers zijn de ambassadeurs van het bedrijf. Dankzij hun lovende verhalen breidt de naamsbekendheid van de nieuwe zoekmachine snel uit. Niet alleen is Google snel, het schotelt de internetter ook nog eens de juiste zoektreffers op. En dat op een scherm dat behoudens het logo, twee knoppen en een invulveldje verder helemaal leeg is. Voor de gebruikers doet dat vreemd aan. Zij zijn dan nog gewend om getrakteerd te worden op opdringerige banners en lange rijen met links naar andere websites. Google houdt het vooral simpel. Het bedrijf predikt eenvoud en gemak. Dat slaat aan.

Hoe staat het er nu voor?

Inmiddels weten we allemaal hoe het Google in de jaren die volgen is vergaan. Het bedrijf scoorde over heel 2010 nog een winst van 8,5 miljard dollar bij een omzet van ruim 22 miljard euro. Larry Page en Sergey Brin behoren inmiddels tot de rijkste mensen op aarde, en bezitten samen met ceo Eric Schmidt acht privé-jets.

Aardig om erbij te vertellen is dat het tien jaar geleden nog helemaal geen uitgemaakte zaak was dat Google zo’n onvoorstelbare cashmachine zou worden. In maart 2001 moet woordvoerder Cindy McCaffrey nog aan een groepje journalisten uitleggen waar het bedrijf ‘in vredesnaam geld mee verdient?’ “We verhuren onze techniek en zoekresultaten aan startpagina’s als Yahoo!, Netscape, Cisco en Virgin”, vertelt McCaffrey. “Daarnaast kunnen mensen advertenties bij zoekresultaten kopen. Stel dat iemand zoekt op auto’s, dan kan een blokje naast de normale zoekresultaten verschijnen met daarin duidelijk herkenbaar als advertentie de link naar een bedrijf dat auto’s verkoopt.”

Wekelijks de nieuwsbrief van Startups & Scaleups ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

De leden van de pers schrijven driftig mee. Dit businessmodel is nieuw in de nog jonge internetbranche die zojuist in elkaar is geklapt door het uiteenspatten van de bubble. Er zijn dan ook twijfels over de haalbaarheid van het plan. Eén van de journalisten vraagt dan ook wanneer Google denkt zwarte cijfers te gaan schrijven. Dit jaar, antwoordt McCaffrey. Ze was juist ingelicht door haar bazen. Google zal in de jaren die volgens zelfs de wereld veroveren en wordt het meest succesvolle bedrijf van het decennium. 

Lees ook over het groot worden van:

Albert Heijn Aldi Auping
Barclays Beter Bed Bolletje
‘BV Berlusconi’ Chupa Chups Coca-Cola
     
EasyJet Fokker Gazelle
Goldman Sachs Google Grolsch
     
Harley-Davidson Heineken Ikea
Lego Levi Strauss New York Pizza
     
Ralph Lauren Research in Motion Rupert Murdoch/ News Corp
Shell Sony Stork
     
Thomas Cook Toyota Verkade
Wal-Mart Walt Disney Company Zara 

Afbeelding afkomstig van Flickr-profiel Abode of Chaos