Geen producten in de winkelwagen.
Toenmalig topman René Frijters van Knab, de online bank van verzekeraar Aegon, besloot twee jaar geleden dat zijn bank zich op crowdfunding moest storten, toen hij merkte dat klanten op zoek waren naar een aanvulling op sparen en beleggen om meer uit hun geld te halen.
Inmiddels staat er een platform dat net even anders is dan gangbare crowdfundplatforms. Zo kunnen alleen klanten van Knab (vanaf 100 euro) investeren in de financieringsprojecten variërend van een versmarkt en een hamburgerrestaurant tot een zonne-energiebedrijf en een maker van triatlonfietsen. En de dienst is een soort whitelabel-versie van marktleider Collin Crowdfund, die de achterliggende systemen en beoordelingssystematieklevert.
Kleine speler
Op het platform verschijnen nu 2 projecten per week, die direct gedeeld worden met de ongeveer 175.000 klanten van Knab. Met een volume van ongeveer 10 miljoen aan leningen is Knab nog een relatief kleine speler (de totale Nederlandse crowdfundmarkt in bedrijfsleningen was in 2017 ongeveer 200 miljoen euro),
“We hoeven niet direct de grootste worden, maar we willen wel een speler zijn die ertoe doet”, zegt Remko Jansen, die twee jaar geleden de leiding kreeg over Knab Crowdfunding. “Bij ons is de behoefte van investeerders leidend. Ik kan wel zeggen ‘we doen 100 miljoen op jaarbasis’, maar als daar geen behoefte aan is, dan schiet je je doel voorbij.”
Ook zag het er twee jaar geleden naar uit dat crowdfunding sneller zou groeien, zegt Jansen. “Het leek er twee jaar geleden op dat de markt jaarlijks zou verdubbelen, maar het gaat nu langzamer.”
Lessen
Voor Knab, dat zich alleen richt op particulieren en zzp’ers, waren mkb’ers een nieuwe doelgroep. Mede daarom was het project in het begin een kwestie van ‘vallen en opstaan’, blikt Jansen terug. Dit zijn de belangrijkste lessen na twee jaar:
1. Geef investeerders de tijd
Jansen: “We kregen vaak te horen dat leningen snel waren volgeschreven. Het bedrag voor een project is meestal binnen 5 minuten gevuld. Daardoor hadden investeerders weinig tijd om een goede investeringsbeslissing te nemen.” Knab stuurt actieve investeerders daarom 48 uur voordat een financieringsaanvraag live gaat een sms, waarmee zij een preview van de aanvraag kunnen zien om zich goed voor te kunnen bereiden.
2. Ook een online bank heeft een netwerk nodig
“Als online bank dachten we bij crowdfunding: we zetten online marketing op, richten dat goed in, en dan krijg je vanzelf kwalitatief goede aanbiedingen binnen. Maar we merken toch dat financiering nog een vrij traditioneel product is, waarbij veel met netwerk gewerkt wordt. Dat hebben we in het begin onderschat.”
Omdat Knab zich vooral op particulieren en zzp’ers richt, was de doelgroep van mkb’ers nieuw. “Dat had tijd nodig, ook om naamsbekendheid op te bouwen. Zeker het eerste halfjaar hebben we het daar lastig mee gehad. Nu merken we dat we een bepaalde frequentie hebben waar we blij mee zijn, maar het kan altijd beter.”
3. Bedrijfsovernames crowdfunden
Via Knab kunnen ondernemers die een bedrijf willen overnemen een overbruggingskrediet financieren via moederbedrijf Aegon , om die vervolgens binnen 6 weken bij Knab Crowdfunding te herfinancieren via de crowd. “Dan kan een ondernemer het daar op zijn eigen manier naar de markt brengen. Dan verleg je als ondernemer je focus van het snel moeten financieren van de overname, naar hoe kun je continuïteit zeker stellen voor de middellange termijn.”
Een half jaar na de start met deze nieuwe doelgroep financierden 5 ondernemers op deze manier hun overname, met bedragen tussen de 200.000 en 400.000 euro per ronde. “Dat is ook de meest geschikte markt qua omvang. Bij overnamesommen tot 1 miljoen zijn de traditionele banken terughoudender.” Knab vindt ondernemers met overnameplannen via netwerken van overnamespecialisten, waaronder een samenwerking met overnameplatform Brookz.
4. Strenge selectie
Ondanks dat crowdfunding minder hard groeide is de markt uiteindelijk toch groter dan gedacht, zegt Jansen. Dat is mede te danken aan co-financiering (stapelen van verschillende financieringsopties), waardoor de risico’s van pure crowdfunding kleiner worden. Toch worden de projecten bij Knab “uitermate zorgvuldig” geselecteerd. “Je kunt wel een propositie hebben, maar je bent ook verantwoordelijk. En we bieden het alleen aan aan onze eigen klanten. Je wil niet een dusdanig hoog risico dat het beloofde rendement niet gegenereerd wordt.”
