Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Mogelijk belastingvrij rentevoordeel DGA

In je BV heb je misschien veel liquide middelen. Waarom niet een deel daarvan aan jezelf uitlenen en via je spaarrekening een belastingvrij rentevoordeel pakken? Uit een uitspraak van de Hoge Raad kun je afleiden dat dat mag.

De directeur-grootaandeelhouder die met zijn BV een transactie aangaat die hem in privé ‘geheid’ een voordeel oplevert, bevindt zich in de fiscale gevarenzone. Als de BV zich bewust, willens en wetens, een voordeel laat ontgaan en dat aan de DGA toespeelt, is er sprake van een uitdeling van winst. Dat kost belastingheffing in de BV én bij de DGA.
Maar als de BV bij de transactie met de DGA zakelijk handelt en zelf geen voordeel misloopt, en de DGA door die transactie in privé een voordeel behaalt, is dat voordeel bij hem niet belast. De Hoge Raad corrigeert met deze uitspraak Hof Den Haag; dat hof had het voordeel bij de DGA aangemerkt als resultaat uit overige werkzaamheden.

Casus

Dirk de Groot was directeur-grootaandeelhouder van pelsdierfokkerij BV X. Die BV beschikte over veel liquide middelen, veel meer dan zij nodig had voor de bedrijfsvoering.

In 2003 leende De Groot ruim 800.000 euro van zijn BV in rekening-courant, tegen een rente van 2,5 procent. Dat was de hoogst denkbare rentevergoeding die de BV bij de bank zou kunnen krijgen op maanddeposito’s of op een zakelijke rendementsrekening. De Groot stalde het van de BV geleende bedrag op drie internetspaarrekeningen, en ontving daarop een rentevergoeding van gemiddeld 3,6 procent. Het rentevoordeel van 1,1 procent dat hij daarmee behaalde, was volgens De Groot belastingvrij. Hij rekende de internetspaarrekening én de schuld aan zijn BV tot zijn vermogen in box 3; bezitting en schuld vielen tegen elkaar weg en daardoor kwam de belastingheffing uit op nihil.

Resultaat overige werkzaamheden vs. heffing Box 3

De inspecteur belastte het verschil van 1,1 procent als resultaat uit overige werkzaamheid. Hof Den Haag was het daar mee eens. De Hoge Raad besliste anders: van resultaat uit overige werkzaamheden is geen sprake. Het uitzetten van geld op een internetspaarrekening is normaal, actief vermogensbeheer, en niet meer dan dat. Dit is niet anders als de DGA het geld op die spaarrekeningen heeft ingeleend, bij derden, of bij een vennootschap waarover hij als DGA de zeggenschap heeft. Kennis van rentetarieven op spaarrekeningen en de verschillen daartussen voor BV’s en natuurlijke personen kan niet worden aangemerkt als een bijzondere vorm van kennis in de zin van de wettelijke bepalingen van resultaat uit overige werkzaamheid.
De Hoge Raad stelde belanghebbende in het gelijk en vernietigde de uitspraak.

Uitleg
Een opmerkelijk arrest. De Hoge Raad vindt het – anders dan Hof Den Haag – geen probleem als de DGA zijn machtspositie in de BV gebruikt om daar in privé beter van te worden. Voorwaarde is wel dat de BV zich geen voordeel laat ontgaan, én dat de DGA binnen de grenzen van normaal, actief vermogensbeheer blijft. De Hoge Raad maakt er geen punt van dat de DGA door de liquiditeitspositie van zijn BV in staat is om ruim € 800.000 in te lenen, tegen een voor de BV zakelijk rente. Een particulier moet daar – als hij al een dergelijk bedrag kan inlenen – meestal een veel hogere rente voor betalen.

Wekelijks de nieuwsbrief van Startups & Scaleups ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Dit is een bijdrage van Sprout-expert Hans Zwagemaker van Belastingbelangen.nl

Lees ook:

Foto: mystic_mabel | CC BY-SA 2.0