Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

8 x nostalgie als goudmijn

De Commodore 64 die momenteel een doorstart beleeft, de modeltreintjes van Märklin die weer 'rijden'. De retrotrend kent geen grenzen. Al valt de herintroductie van succesproducten niet altijd mee. 8 voorbeelden.

 

Red Band Rang

‘Rang is alleen rang is alleen rang als er rang opstaat, rang!’

Zoals bij veel merken met een comeback is het ook bij Rang niet zozeer de smaak, het formaat of de prijs die zorgt voor het perfecte nostalgia-gevoel, maar met name de reclame die zich in ons collectieve geheugen heeft vastgeketend.

Alleen al zo’n niet kapot te krijgen slogan als die van Rang rechtvaardigt natuurlijk al een herintroductie. Maar makkelijk ging dat niet. Rang, dat in 1949 voor het eerst op de markt werd gebracht, maakt na 1988 een behoorlijke zwerftocht, nadat de eigenaars van Tonnema (ook bekend van KING pepermunt: Kwaliteit in Niets Geëvenaard) hun aandelen verkochten aan Van Nelle. Rang en KING werden zo familie van Droste en Venz. Maar niet voor lang, want niet lang daarna kwam Van Nelle onder de paraplu van Sara Lee/DE. En aangezien zij niets hadden met zoetwaren, kwam Tonnema weer in de etalage en werd het in 1990 verkocht aan CSM, waar de merken werden ingedeeld bij de Red Band Venco Groep. Het is ook in deze tijd dat Rang eventjes een uitroepteken in de naam krijgt. In 2005 wordt de zoetwarendivisie van CSM, inmiddels RBV Leaf geheten, weer verkocht aan investeringsmaatschappij CVC, die het op zijn beurt weer van de hand doet aan Confectionery Partners Netherlands, kortweg Copar geheten. Dit bedrijf, gevestigd in het Brabantse Raamsdonksveer, ook bekend van het al even klassieke dropmerk Italiano, probeert nu het merk weer nieuw leven in te blazen.

Zonder uitroepteken dit keer, maar sinds kort wel in een stazak. En nu ook in fruitgums en fruitjellies, met écht fruitsap. En wat wij nooit geweten hebben: Rang blijkt een vrouwenmerk, aldus de site van Copar, waar staat dat ‘Rang zich richt op de vrouw die Rang nog kent van vroeger en fijne herinneringen heeft aan deze goede oude tijd.’ 

Volgens de brandmanager herinnert Rang veel mensen aan opa en oma. Dat moet genoeg zijn voor nieuwe verkoopsuccessen, denkt ze. Deze uitspraak roept bij ondergetekende overigens vooral andere herinneringen op. Zijn oma had namelijk geen Rang in de snoeppot, maar van die snoepjes met van die halve spreekwoorden erop. En dat je dan in de pot op zoek mocht naar de andere helft, of – nog veel leuker – zelf nieuwe spreekwoorden mocht maken. IJsbonbons, noemde oma die. Maar wie maakte die snoepjes nou toch?

Tjolk

Nog zo’n reclameklassieker. Niet alleen de filmpjes van dit kinderdrankje zijn bijna 30 jaar na dato nog steeds geliefd, ook de afbeeldingen van de aap, konijn en beer zijn uitgegroeid tot onverwoestbare designiconen.

En dus móest Tjolk wel terugkomen, vond ondernemer Sjoerd Stouten. In 2008 kocht hij de merknaam Tjolk en alle merkenrechten van FrieslandFoods/Campina, dat het merk slapend in de kast had liggen. Twee jaar later lukte het Stouten met nieuwe verpakkingen nieuwe Tjolk ook daadwerkelijk in het schap te krijgen. Aanvankelijk met behoorlijk wat tegenslag, want in augustus dit jaar moesten er alweer pakken worden teruggeroepen, omdat de inhoud vroegtijdig kon bederven. Het maakte het merk wel weer meteen de ‘Tjolk of the town’, zoals ze zelf ook grapten. 

Ook leuk om te weten: de oorspronkelijke naam van Tjolk was Sjolk, maar bierfabrikant Skol vond dat te veel lijken op zijn eigen naam en dwong via een rechtszaak af dat de naam werd veranderd. De ironie wil dat Tjolk later hetzelfde vond van Shoq, een concurrerend chocoladedrankje, en toen zelf naar de rechter stapte om een naamswijziging te eisen.

Maar goed, Shoq bestaat dus niet meer (evenmin als het onvolprezen Snor), maar Tjolk is dus weer up and running. Het kan verkeren. 

De herintroductie is overigens wel degelijk serieus bedoeld, aldus Stouten, en niet alleen a trip down memory lane. Het drankje is tegenwoordig biologisch, gebruikt alleen natuurlijke ingrediënten en via twitter worden mensen gevraagd nieuwe smaken te testen. Voorlopig trouwens wel alleen verkrijgbaar bij Jumbo en Jan Linders.

Joris Driepinter

Herinnert u zich deze nog, nog, nóg? Is Tjolk al een merk dat niet iedere jongere helder voor de geest zal staan, voor Joris Driepinter zal de lezer helemaal ver terug in de tijd moeten.

Het mannetje dat Nederland aan de melk moest krijgen, leverde zijn noeste arbeid immers tussen 1965 en 1978. In 1970 was hij zelfs zo bekend, dat 6 op 10 kinderen tussen de 6 en 14 jaar oud onze Joris zeiden te kennen. Dat is weliswaar 40 jaar geleden, maar de Nederlandse Zuivelorganisatie (NZO) vond die resultaten van toen nu nog steeds zo aansprekend, dat de sterke melkdrinker dit jaar opnieuw van stal werd gehaald om te proberen de kinder- en ouderziel te bewerken tot het nuttigen van meer zuivel. Tot oktober 2012 zijn rondom JD dan ook allerlei advertenties gepland met het motto ‘3 goede redenen om elke dag zuivel te eten of te drinken’: voedzaam, natuurlijk en lekker. De naam ‘Driepinter’ heeft met die drie redenen overigens niets te maken, maar verwijst naar Joris’ goede gebruik drie glazen zuivel per dag te drinken. En door zulks te doen, kon de kleine Joris zelfs een olifant optillen. Kom daar nog maar eens om, in deze tijd.

De reden voor Joris’ vorige dood was overigens redelijk prozaïsch. Er was nog weinig tv, en dus ook weinig reclame in die tijd. En het reclameblok van 7 uur werd verschoven naar een tijd dat de kinderen van toen allang geen tv meer mochten kijken. Einde Joris. Gelukkig heeft zijn reïncarnatie van zulke beperkingen in deze tijd niets meer te vrezen…

Ben er weer

‘Ben er weer.’ De grap was snel gemaakt, toen Ben twee jaar geleden weer terugkeerde op de Nederlandse telefoniemarkt.

Het geeft maar weer eens aan hoe onnavolgbaar veranderlijk ook grote bedrijven kunnen zijn. Ben was in 1999 een van de eerste vijf telecomoperators op de Nederlandse markt, en dankzij de eigengereide reclame van KesselsKramer eigenlijk een instant succes. Johan Kramer, die eigenhandig ervoor zorgde dat het merk geen Proximus ging heten, won voor zijn campagne later ook nog eens twee Effies, de prijzen voor effectieve reclame. Want bellen met Ben, dat was toen toch echt iets voor de hippe mens. Maar toen kwam T-Mobile, dat het merk in 2002 zomaar op klaarlichte dag de nek omdraaide. Totdat, zomaar ineens, het merk in 2008 ineens weer terugkwam. Een stuk kleiner, alleen als goedkope aanbieder van simkaart-abonnementen, maar toch. De toon van de reclame bleef ongewijzigd. Niet onverstandig, want nog steeds had het merk een naamsbekendheid van 61 procent, zo bleek uit onderzoek.  ‘Nu ben ik weer mezelf’, stond op de site te lezen, vlak na de herintroductie. Met ‘de groeten van Ben.’

Wat T-Mobile heeft bezield het merk eerst te laten inslapen en vervolgens weer 5 jaar later tot leven te wekken, is onduidelijk. Het betekende wel weer nieuw werk voor KesselsKramer, waar Johan Kramer inmiddels vertrokken is. Die was namelijk wél weer met nieuwe dingen bezig.

Zeeuws Meisje

Soms kan een ijzersterke reclame zich ook tegen je merk keren. Zoals het geval is bij Zeeuws Meisje. Het gevleugelde ‘geen cent teveel, hoor’ is zo’n onwrikbaar gezegde geworden, dat het voor de Zeeuwse deerne 10 jaar geleden zelfs bijna levensbedreigend werd.

Merkeigenaar Unilever maakte in 2000 namelijk bekend van het merk af te willen. Een voorgenomen besluit dat op veel bijval kon rekenen van de provincie Zeeland. De commissaris van de Koningin in die tijd zei destijds ‘blij’ te zijn met het voornemen van het voedingsmiddelenconcern, omdat het goedkope margarinemerk naar zijn oordeel de ongewenste associatie opriep dat Zeeland een goedkoop, tweederangs product zou zijn en alle Zeeuwen vrekken.

Het voornemen leidde echter ook tot nostalgie en inspireerde bluesman Jaap van Meurs zelfs tot het volgende lied: Zeeuws meisje is dood / voortaan eet ik droog brood / ze verdween zoals ze kwam / deed het voor haar boterham / ze kwam om in het verkeer / want het boterde niet meer / ze was een nationale trots / zoals molens, klompen, bots / werd door iedereen vereerd / en haar zaakje liep gesmeerd / met een glimlach zei ze dag / het was het laatste wat ik zag / botergeil en erg gewild / heeft ze mijn honger gestild / het is voorbij, vaarwel, adieu / het was lekker, jammer, sneu .

Het Zeeuwse meisje bleek echter sterker dan gedacht. Er kwam een tegenlobby op gang om haar leven te rekken, waarvoor Unilever uiteindelijk zwichtte.

Het ruim 100 jaar oude merk is nu dus nog steeds te vinden in de winkel, al is dat meestal wel pas na enig zoeken.  Ook Unilever zelf besteedt weinig aandacht meer aan het merk. Op de site is over het Zeeuws meisje niet meer te lezen dan: ‘Vertrouwde kwaliteit plantaardige margarine in grootverpakking. En natuurlijk voor een heel redelijke prijs…’

Ze lacht dus nog steeds, het meisje uit Zeeland, maar de vraag blijft: voor hoe lang nog?

Trabant

Nog steeds niet in de winkel, maar als we het Duitse BILD mogen geloven – en waarom zouden we dat niet doen? – is zijn introductie toch echt aanstaande: de Trabant anno nu.

Alleen nog even het geld regelen, daar komt het op neer. Als het lukt de Trabant de winkel in te krijgen, is dat natuurlijk über-Ostalgie. Duitsers zijn sowieso wel gecharmeerd van nostalgie, zoals ook blijkt uit een ander automerk dat daar weer tot leven is gewekt: de Melkus. Daar kan ‘onze’ Spyker nog een puntje aan zuigen.

In autoland is retro trouwens toch al jaren een trend, met nostalgia-auto’s als de nieuwe Mini en de New Beetle, lichtjes geïnspireerd op de aloude Kever. Of de Fiat Croma, die in de jaren ’90 nog met hoongelach werd overladen,maar nu zelfs als businessauto redelijk geaccepteerd is. Er schijnt trouwens ook gewerkt te worden aan de terugkeer van de Jensen Interceptor, om nog maar eens wat weemoedgevoelens op te roepen.

Zo zien we maar weer; al het goede komt weer terug. Alleen je eigen jeugd niet meer…

Märklin

Vroeger had je twee modeltreinen: Fleischmann en Märklin. En die heb je nu weer.

Het leven van de laatste, Märklin, hing lang aan een zijden draadje, maar na bijna twee jaar surséance van betaling is de kogel nu door de kerk: vanaf 1 januari is de 151 jaar oude Duitse producent weer een ‘gewoon’ bedrijf.

Een mooi bericht, zo voor de Kerstdagen. Niet alleen voor de 1.000 mensen die het bedrijf in dienst heeft, maar natuurlijk vooral voor elke kleine jongen die nu een grote jongen is, maar in zijn hart nog steeds graag de rails aan elkaar legt, de huisjes op zijn plek zet, en het locomotiefje in beweging zet.

Er wordt nog wel gezocht naar een aantrekkelijke investeringspartners om de schuldeisers nog een deel van hun tegoed te kunnen terugbetalen. De voortekenen zijn gunstig: het bedrijf maakt zelfs weer winst. En ook aan het imago wordt gesleuteld: een aangekondigde ‘verrassing’, te presenteren op de speelgoedbeurs in Neurenberg, moet ook de jeugd van nu weer achter de DSI en Playstation vandaan halen om op zolder een eigen droomwereld vol treintjes te creëren. Zonder bevroren wissels en seinstoringen, dat ook natuurlijk.

Commodore 64

Terug naar nostalgie uit de jaren ’80. Deze week kwam het bericht dat Commodore USA met een nieuwe computer komt, die naar verluidt sprekend lijkt op de Commodore 64, de computer waar tallozen hun eerste stapjes in het digitale tijdperk mee gezet hebben.

Wekelijks de nieuwsbrief van Startups & Scaleups ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

Vooral het spelen van games was favoriet. De originele Commodore 64 kwam in 1982 uit en werd nog tot in 1994 gemaakt. De nieuwe Commodore 64x krijgt dan wel een Intel Atom-processor, een Ion-chip van Nvidia, een dvd-drive en het Linux-based Workbench 5, voornaamste unique selling point is toch de nostalgische behuizing en het vintage grote toetsenbord, dat naar verluidt nog net zo ratelt als 30 jaar geleden.

Zo zien we maar weer: retro sells. Wanneer en voor hoeveel geld is nog niet bekend.