Winkelmand

Geen producten in de winkelwagen.

Challenger 50: Presentatie

Vorm is soms misschien nog wel belangrijker dan inhoud. Vier Challengers over de rol van presentatie. 

 

Johan Maessen en Jan Jaap van Willigenburg, Mailfood

‘We proberen mensen het gevoel te geven van thuiskomen’

Thuisbezorgers bieden voornamelijk maaltijden die niet gezond zijn, zagen Jan Jaap van Willigenburg (28) en Johan Maessen (39). “Het is allemaal pizza en Chinees. Er is maar een klein aanbod van normaal, gezond eten”, stelt Van Willigenburg. Mailfood bezorgt daarom gezonde maaltijden, zoals boerenkool, andijvie en paëlla. Die maaltijden kunnen bovendien door de brievenbus, dus je hoeft niet thuis te zijn.
Van Willigenburg en Maessen startten afgelopen mei. Nu richten ze zich op de presentatie van het aanbod. “We willen mensen graag het gevoel geven van lekker thuiskomen. Daarover brainstormen we nu: hoe kunnen we dat laten zien in onze vormgeving en marketing? Laatst zei een marketeer: jullie site lijkt wel voor bejaarden. Dat is niet leuk om te horen – we mikken op jongwerkenden en studenten –  maar wel belangrijke informatie.”
De juiste boodschap overbrengen is lastig: “Wij weten dat onze producten goed zijn en versbereid. Maar dat wil niet zeggen dat het ook zo overkomt”, zegt Van Willigenburg. Hij zoekt dan ook naar marketingbudget. “Mailfood is nu nog een leuk item voor veel mensen, maar het moet een begrip worden.”
Omdat Mailfood niet in de supermarkt ligt, moeten de heren het van hun site hebben. Dat heeft voordelen: “Omdat mensen online hun maaltijd kiezen, is het niet storend dat onze ingrediënten vanwege de sous-vide bereiding in een plastic zak bezorgd worden. Mensen vinden het vooral leuk dat ze allemaal dingetjes uit de envelop trekken: boerenkool, worst, spekjes, saus, een Boerenbond-servetje en chocolaatje.”

 

Taco & Ties Carlier, Vanmoof

‘We willen de ultieme stadsfiets maken’

Vanmoof, het fietsenmerk van de broers Carlier begon als een grap, maar is inmiddels serieuze business. Ze doen het niet om een hip fietsje te maken dat snel in de vergetelheid raakt. “We gaan voor organische groei. Over tien jaar moet Vanmoof een serieus fietsmerk zijn”, zegt Taco. Het begin is er al. Het bedrijf verkocht het eerste halfjaar van haar bestaan zo’n tweeduizend fietsen. De helft in Europa, de andere helft in de VS, Japan en Australië. Volgend jaar moeten dat er bijna 20.000 zijn.
Vanmoof begon toen Taco een vouwfiets zocht. Hij kwam uit bij de beroemde Strida, en was daar zo van onder de indruk dat hij besloot ze te importeren en te verkopen. Op zaterdagmiddag deden hij en z’n broer het erbij, want ze hadden al een onderneming, Dutchband. “Op een gegeven moment zijn we uit pure hobby ook de fiets gaan verbeteren. En dat gaat toch wringen. Eigenlijk wilden we gewoon een eigen fietsenmerk. Dat werd Vanmoof.”
De twee lijken de tijd mee te hebben. “Fietsen is een hype op het moment. Dat klinkt vreemd in Nederland, maar de hele wereld lijkt bezig met het aanleggen van fietspaden. Files en luchtvervuiling moeten aangepakt worden en mensen moeten meer bewegen, vindt iedereen.  En wij willen voor al die fietsers de ultieme stadsfiets maken: hufterproof, licht, betaalbaar en niet roestend.”
Voorlopig hebben de broers het marketingbudget geschrapt (“Als je blijft vernieuwen komt de aandacht vanzelf”) om meer aan R&D te kunnen doen. “We zijn nu bezig met het ontwerp waarbij het slot ook in het frame verdwijnt.”

 

Willem Treep en Drees Peter van den Bosch, Willem & Drees

‘De consument moet genieten’

Waarom moet een zak appels helemaal uit Spanje komen als er om de hoek ook een fantastische boomgaard staat? Willem & Drees wil producten uit de omgeving naar winkels in de buurt brengen, omdat ze vaak lekkerder zijn en vooral veel beter voor het milieu. Transport met vrachtwagens en vliegtuigen kan zo flink beperkt worden. Het idee slaat aan: “We zijn nog geen half jaar in de lucht, en we draaien boven verwachting”, zegt Willem Treep. “We kijken nu vooral naar met wie we in zee gaan en met wie niet. “ De Nederlandse landkaart op de site van de ondernemers krijgt in ieder geval steeds meer vlaggetjes. Die staan voor deelnemende winkels en boeren.
Willem & Drees zien zichzelf als aanjager van een grotere trend: “Mensen willen meer verbonden raken met hun eigen omgeving. De Club van Rome benadrukte het onlangs nog: think global, act local. Het is dus prima om te eten wat er uit je eigen omgeving komt.”
Hoe groot kan dat worden? Het duo kijkt voor de potentiële groei graag naar hoe het vroeger was: in de VS komt nu zo’n twee procent van de aardappelen, groente en fruit uit de directe omgeving, voor de oorlog was dat nog meer dan veertig procent.
Het hele concept van Willem & Drees is te zien in de deelnemende winkels. Hun schappen staan vol met authentieke houten kisten, en afbeeldingen van de boeren waarvan de spullen afkomstig zijn. “Dat is ook belangrijk. We willen de consument laten genieten van wat er is.”

Wekelijks de nieuwsbrief van Startups & Scaleups ontvangen?



Door je in te schrijven ga je akkoord met de algemene en privacyvoorwaarden.

 

Didie Schackman, Yayayes.com

‘We benaderen erotiek als persoonlijke verzorging’

In het verleden werden erotiekshops opgezet vanuit een mannelijke visie, zag Didie Schackman (31). “Daar zag je vrouwen in allerlei oneerbiedige standjes met apparaten zwaaien op productfoto’s.” Dat kan anders, vond Schackman. “Veel vrouwen willen niet geassocieerd worden met dat pornografische. Ik wilde een webshop met ruimte voor intimiteit bij vrouwen, maar waar dat niet expliciet gecommuniceerd wordt.” Haar webshop voor ‘erotische wellness’ gebruikt daarom verleidelijke foto’s met bloemen en veel rood. Een minivibrator is te zien in een handtasje, tussen de make-up. “Het creëert een glossy-gevoel.”
Schackman ziet een duidelijke ontwikkeling in de branche. “Sommige merken hebben productontwikkelaars die zich helemaal richten op het ontwerp en design van de producten. Onze vibrators en stimulators zijn prachtig, die zou je bij wijze van spreken in de kast kunnen zetten. Ze zijn helemaal gevormd naar het vrouwelijk lichaam; er is vaak niet eens een associatie met het mannelijk geslachtsdeel. En ze hebben zachte kleuren; roze is populair.”
Ook in de teksten op haar website zet Schackman een bepaald beeld neer. “We benadrukken dat vrouwen ook alleen met de producten uit de voeten kunnen. We proberen er gevoel in te leggen: leef je uit, neem het avontuur. We benaderen erotiek bijna als persoonlijke verzorging.”
Je moet als ondernemer even een grens over om in deze branche te werken: “Ik zie ook dingen voorbij komen waar ik echt niet over wil nadenken. Maar als je het netjes houdt, professioneel aanpakt en geduld hebt, dan is het een mooie business opportunity. Het loopt heel goed, we gaan zelfs international komend jaar.”