De Dow-Jonesindex eindigde 0,3 procent hoger op 18.036,70 punten. De brede S&P 500 klom 0,2 procent naar 2095,84 punten. Technologiegraadmeter Nasdaq ging 0,2 procent omlaag naar 4977,29 punten.
JPMorgan Chase rapporteerde een winststijging in het eerste kwartaal, met name dankzij een aantrekkende obligatiehandel. De resultaten van de Amerikaanse bankgigant waren, na correctie voor een aantal eenmalige posten, beter dan analisten hadden voorspeld. Het aandeel won 1,6 procent.
Wells Fargo
Wells Fargo (min 0,7 procent) zag ondanks een sterk aantrekkende vraag naar hypotheken de winst dalen. Stijgende kosten en hogere voorzieningen voor slechte leningen speelden de grootste hypotheekverstrekker van de VS parten in het afgelopen kwartaal.
Johnson & Johnson ging licht omlaag. Het farmacieconcern zag de omzet en winst afnemen, met name als gevolg van de fors duurdere dollar. Het bedrijf verlaagde bovendien de winstverwachting voor het lopende boekjaar. De winst was echter wel beter dan verwacht.
Intel
Chipproducent Intel kwam na het slot met resultaten naar buiten. In aanloop naar de cijferpublicatie verloor het aandeel 0,8 procent.
De Amerikaanse winkelverkopen zijn in maart na vier maanden krimp weer eens gestegen. De toename met 0,9 procent was wel wat minder sterk dan economen hadden voorzien.
Euro
De prijs van een vat Amerikaanse olie steeg 2,3 procent tot 53,10 dollar en Brent werd 0,8 procent duurder op 58,38 dollar. De oliefondsen in New York konden profiteren van de stijgende olieprijzen. Chevron en ExxonMobil klommen tot 2,2 procent.
De euro noteerde 1,0649 dollar, tegen 1,0678 dollar bij het slot van de Europese beurshandel.