Geen producten in de winkelwagen.
Wie is de oprichter?
In 1694 eeuw was het maken van schoenen nog voorbehouden aan gilden, clubjes van meesters en leerlingen die hun monopolie op de productie van schoenen koesterden. Het lukte Reynier van Bommel rond dat jaar om burger van Breda te worden, wat een voorwaarde was om een loopbaan bij een gilde te starten. Hoewel Reynier waarschijnlijk de eerste schoenmaker in de familie is geweest, is hard bewijs daarvoor nooit voor gevonden. Van zijn zoons Adrianus en Christianus Van Bommel is dat er wel. Uit zogeheten ‘vestbrieven’ blijkt dat zij 40 jaar later als meesterschoenmakers stonden geregistreerd. Een kleinzoon van Christianus vestigde zich in 1775 in Moergestel, wat sindsdien de thuisbasis is. De generaties schoenmakers volgden elkaar op en langzaam vormde zich een modern bedrijf. Johannes Peter van Bommel boerde bijvoorbeeld zeer goed. In 1887 overleed hij op 51-jarige leeftijd. Hij liet zijn vrouw Johanna van Dinter 5235 gulden na. Dat bedrag is qua koopkracht te vergelijken met ongeveer 65.000 euro nu. Zij registreerde het bedrijf onder de naam Schoenfabriek Wed. J.P. van Bommel, de naam die het bedrijf nog steeds voert.
Hoe veranderde Van Bommel de markt?
De rode lijn is het ondernemersverhaal is misschien wel de vernieuwingsgeest. Dat klinkt gek over een schoenenfabriek die zich juist richt op de verkoop van klassiek schoeisel. Het bedrijf heeft voor veel uitdagingen gestaan, maar heeft een cultuur in de familie weten te kweken die erop gericht is om het bedrijf voor de volgende generatie veilig te stellen. Neem Johanna van Dinter. Toen zij aan het roer kwam te staan was Van Bommel een nog een soort uit de kluiten gewassen ‘sweatshop’, dat enorm had kunnen groeien als gevolg van de Frans-Pruisische oorlog. Er was toen een vraag naar militair schoeisel. 2 van 7 haar zoons, Johannes en Michaël August, zagen in dat ze niet konden teren op oud succes. Het was de tijd waarin hele bedrijfstakken op machinaal geproduceerde spullen overstapten, vergelijkbaar met China nu. Van de 60 schoenfabrieken die er eind jaren 90 van de 19de eeuw waren in Moergestel is er nog 1 over, en dat is Van Bommel. Dat is mede aan hen te danken. Maar ook in later generaties weten familieleden in het bedrijf activiteiten te ontplooien waardoor ze steeds sterker uit de ene na de ander crisis weten te komen: vvan Tweede Wereldoorlog tot aan de opkomst van massaproductie uit Azië in de jaren 80. Zo heeft Van Bommel zich ontwikkeld tot een maker van kwaliteitschoenen met een lange traditie.
Hoe staat Van Bommel er nu voor?
Sinds een kleine drie jaar staat het drietal Pepyn, Reynier en Floris aan het roer. Ook zij hebben de nodige tegenslagen gehad. Zo is een plan om Duitsland te veroveren volledig mislukt. Toch is het merk succesvol, want ondanks de opkomst van e-commerce en de Zalando’s in deze wereld geldt Van Bommel als 1 van de winnaars in de schoenenbranche. Ze waren er op tijd bij in de jaren 90 om gympenlijn te ontwikkelen: Floris van Bommel. Ook hebben ze juist een veel duurdere lijn ontwikkeld: Noble Blue. Ze zitten daarmee in een segment waar er nog wel geld uitgegeven wordt. Bovendien Van Bommel, met Floris een natuurlijk marketinggenie in huis, iemand die volledig eigenzinnig opereert en daar succes mee heeft. Daardoor ontstaat een beeld rond het bedrijf van jong, fris en hip. Zo koos Floris ervoor om zelf voor een reclameclip van een heavy metal band te fungeren, omdat hij dat leuk vindt, en niet een golftoernooi te sponseren. De video werd gedeeld op social media en was (onbedoeld) succes.
